Heb je na een drukke dag het gevoel dat je hoofd vol zit alsof je 42 tabbladen open hebt staan? Krijg je lichte paniek van verplichte small talk bij een verjaardag en voel je je uitgewrongen na een dag vol mensen? Grote kans dat je – net als ik – meer introverte dan extraverte trekken hebt.
In een wereld die high-fives uitdeelt aan aanwezige, altijd direct een reactie paraat mensen, kan het soms voelen alsof jij een beetje buiten de boot valt. Alsof er iets mis is als je liever een één-op-één gesprek voert, dan in een brainstormsessie als eerste je mening in de groep slingert. Dat kan knagen, leiden tot zelftwijfel en overdenken, iets waar veel introverten reeeedelijk goed in zijn.
In dit artikel duik ik met je in wat introvert zijn écht inhoudt en hoe je je eigen gebruiksaanwijzing leert kennen: met duidelijke grenzen, energie die je kunt bewaken als een Jedi, en een gezonde dosis zelfkennis. Zodat je niet alleen overleeft in een extraverte wereld, maar ook gewoon lekker kunt floreren, op jóuw manier.
Wat is een introvert eigenlijk?
Introvert zijn wordt nogal eens verward met verlegen zijn of niet in de schijnwerpers durven staan. Toch zijn verlegenheid en introversie twee verschillende dingen.
Verschil tussen introversie en verlegenheid
Introversie verwijst naar een persoonlijkheidstrek waarbij iemand energie haalt uit rust en reflectie. Verlegenheid draait om angst voor sociale afwijzing of negatieve beoordeling. Onderzoek* benadrukt dat introverte mensen prima sociaal vaardig kunnen zijn en zich soms zelfs graag in de schijnwerpers begeven, MITS de context betekenisvol voor hen is. Het verschil zit ‘m dus niet in durven, maar in voorkeur en energiebalans.
In mijn geval geef ik bijvoorbeeld trainingen, sta met liefde op een podium als muzikant en onderneem van alles. Maar als introvert heb ik ook stilte nodig. Alleen-tijd. Structuur. En ruimte om mijn energie te bewaren.
Introvert vs extravert
Volgens de persoonlijkheidstheorie van de Big Five (een veelgebruikte psychologische indeling) is extraversie een spectrum, dus veel mensen zitten ergens in het midden, met zowel introverte als extraverte trekken. Slechts een klein deel van de mensen is enkel extravert of introvert.
In Westerse samenlevingen zoals de VS en Europa lijkt extraversie echter wel vaker voor te komen dan introversie, mede doordat extraverte eigenschappen zoals assertiviteit en spraakzaamheid cultureel meer worden gewaardeerd.
Jouw energiebudget
Een introvert haalt energie uit alleen-zijn. Na veel sociale interactie voelt een introvert zich vaak leeggezogen. Marti Olsen Laney benoemt in The Introvert Advantage dat introverten een “energie-budget” hebben. Elke sociale interactie kost iets. Een extravert krijgt juist energie van anderen, van actie, van contact.
En dat verschil zit niet alleen in je karakter, maar ook in je brein. Onderzoek laat zien dat een introvert sneller overprikkeld raakt door externe stimuli. Het hoofd van een introvert is vaak al druk genoeg van binnen (Daar hoeft bijvoorbeeld echt geen kletsende collega meer bovenop).
Hoe je als introvert goed voor jezelf zorgt
Gelukkig is er steeds meer aandacht voor de kracht van ‘ons introverten 😉’. Inmiddels zijn er verschillende boeken over geschreven. En wil je er na dit artikel zelf meer over lezen, kijk dan eens naar Susan Cain (Quiet), Marti Olsen Laney (The introvert advantage) en Jessica Pan (Sorry I’m late, I didn’t want to come). Zij laten zien dat een introvert geen muurbloempje is, maar een creatieve denker, diepe voeler en krachtige leider, op een eigen manier.
Maar, hoe hou je dan als introvert de balans in een wereld die soms net wat extraverter is dan jij 😅? Hieronder deel ik een paar inzichten die mij als introvert ondersteunen:
1. Accepteer dat je werkt zoals een introvert werkt
Je hoeft niet te voldoen aan het beeld van “de spontane, altijd aanwezige collega”. Susan Cain zegt het mooi: een introvert brengt verdieping, creativiteit en empathie. Je hoeft echt geen Iron Man te zijn die elke ruimte domineert en als eerste diens mening geeft. Soms is een beetje Gandalf-energie precies wat er nodig is: stil, wijs en met perfecte timing.
Lukt dat niet in een druk overleg. Kom er dan later op terug.
Voor mij voelen sommige situaties vol sociale prikkels aan als een drukke stad in de vroege ochtend, alles komt tegelijk binnen. En daarmee lijken alle ideeën en creativiteit plots verdwenen. Inmiddels weet ik; op zo’n moment heb ik gewoon tijd nodig om op te laden, mijn gedachten rustig te ordenen en dan pas mijn bijdrage te leveren, meestal één-op-één of in kleinere groepen.
2. Gun jezelf een mini-hermit mode
Als introvert heb je na een drukke dag niet per se behoefte aan nóg meer input. Je hebt ruimte nodig. Alleen-tijd. Of, zoals Yoda zou zeggen: “Rest, you must. Overstimulated, you have become.”
Of dat nou betekent: wandelen, niks doen, lezen of gewoon staren naar de muur met een kop thee. Dat moment is geen overbodige luxe, het is je oplaadstation. Met veel proberen mee te gaan in de stroom, pushen, vallen en opstaan heb ik mogen leren: zonder die introverte reset komt er niets nieuws uit. Geen ideeën, geen creativiteit, geen helderheid. Alleen maar ruis, onzekerheid en onrust.
3. Kies voor kwaliteit boven kwantiteit
Introverten houden over het algemeen van diepgaande relaties. Dus nee, je hoeft niet honderd mensen om je heen te verzamelen. Een paar échte connecties zijn genoeg. Ga eens bij jezelf na, welke relaties voor jouw betekenisvol voelen.
4. Bereid je voor op sociale momenten
Soms is het tegenstrijdig; Ja, een introvert houdt van spontaniteit en nee, ze willen niet altijd “overvallen” worden door sociale situaties. Wat mij helpt is een kleine voorbereiding. Denk na over wat je wilt zeggen, waar je naartoe gaat, en hoe lang je wilt blijven. Zo houd je de regie en kun je bij jezelf blijven inchecken wanneer je merkt dat het genoeg is geweest.
5. Zeg wat je nodig hebt
Als introvert was dit één van mijn grootste uitdagingen en nog steeds wel eens.
Vroeger vond ik dat ik er altijd moest zijn voor anderen. Ook als ik zelf eigenlijk op was. Na een intensieve werkdag meteen overschakelen naar “partner-modus”? Dat werkte niet. Dan raakte ik leeg. En snauwerig. Niet bepaald de beste versie van mezelf…
Inmiddels heb ik ‘ontdekt’ dat mijn partner geen gedachten en energie kan lezen (joh!). Klinkt vanzelfsprekend hè, echter het is zo’n makkelijke valkuil. Het vroeg van mij om stil te staan bij mezelf en mijn behoeftes uit te spreken, zodat mijn partner hiervan afwist en we samen konden bespreken hoe hiermee om te gaan.
Als ik bijvoorbeeld thuiskom van een dag training geven, weet hij nu: geef haar eerst even een kwartiertje om te landen. Geen gesprekken, geen prikkels.
Andersom heb ik ook meer zicht op wat hij soms nodig heeft. We checken bij elkaar in; waar kunnen we elkaar even ondersteunen op zo’n moment. Dat geeft lucht. Én verbinding.
Als introvert is dat goud waard: weten dat je je behoeftes mag uitspreken, zonder je daar schuldig over te voelen.
6. Je hoeft niet altijd 100% ‘aan’ te staan om echt contact te maken
Wat ik vooral de afgelopen jaren leerde: als introvert hoef je niet in elk gesprek volop aan te staan. Je hoeft niet de hele tijd op scherp te staan, elk woord te analyseren of alles te voelen wat de ander voelt. Voor mij een mooie kwaliteit als coach zijnde, echter niet altijd even handig in de alle interacties 😉
Kwaliteit zit niet in intensiteit, maar in oprechte aanwezigheid. En soms betekent dat: een klein beetje afstand inbouwen. Even terugschakelen. Ademhalen. Niet mee-lijden, maar gewoon zijn.
Voor mij was dat een eye-opener. Vroeger dacht ik dat ik alleen goede gesprekken kon voeren als ik er volledig in dook. Maar sommige interacties trekken dan leeg. Het blijft oefenen, echter het leert je om zachtere grenzen te stellen en erbij te zijn, zonder jezelf kwijt te raken.
Het helpt me om écht te verbinden én om mijn energie als introvert te bewaren.
Als introvert in een extraverte wereld
Als ik alleen maar op de bank zou zitten, zou ik ongelukkig worden. Maar als ik mezelf zou blijven forceren om altijd maar aan te staan, ook.
Voor mij zit de magie in de balans: rust in m’n kop, actie in m’n kont.
Als introvert kun je absoluut floreren – als je maar je eigen gebruiksaanwijzing serieus neemt. Niet alles hoeft sneller, luider, meer. Soms werkt het juist beter als je het kleiner houdt. Dieper. Rustiger. Zodat je energie houdt om stappen te maken, die betekenisvol zijn voor jou.
Dus als jij je herkent als meer introvert? Dan ben je helemaal goed zoals je bent. En deze wereld, die zoveel roept, heeft jouw stille kracht misschien wel harder nodig dan ooit.
Nóg gerichter aan de slag?
Jouw eigen grenzen, energie en handleiding nog beter leren kennen? Met de handvatten uit dit artikel kun je al een mooie eerste stap zetten. Nog gerichter aan de slag? Boek dan een vrijblijvende kennismaking voor 1-op-1 coaching.
Liefs,
Maaike
Bronnen en inspiratie
- Cheek, J. M., & Buss, A. H. (1981). Shyness and sociability. Journal of Personality and Social Psychology, 41(2), 330–339
- Kagan, J., Reznick, J. S., & Gibbons, J. (1989). Inhibited and uninhibited types of children. Child Development, 60(4), 838–845
- Cain, S. (2012). Quiet: The Power of Introverts in a World That Can’t Stop Talking. Crown Publishing Group.
- McCrae, R. R., & Costa, P. T. (1997). Personality trait structure as a human universal. American Psychologist, 52(5), 509–516.
- Laney, M. O. (2002). The Introvert Advantage: How Quiet People Can Thrive in an Extrovert World. Workman Publishing.
- Pan, J. (2019). Sorry I’m Late, I Didn’t Want to Come: One Introvert’s Year of Saying Yes. Doubleday.
- Depue, R. A., & Collins, P. F. (1999). Neurobiology of the structure of personality: Dopamine, facilitation of incentive motivation, and extraversion. Behavioral and Brain Sciences, 22(3), 491–517.
- Eysenck, H. J. (1967). The Biological Basis of Personality. Thomas.
- Jung, C. G. (1921). Psychological Types. Princeton University Press (vertaling 1971).
- Stenberg, G. (1992). Personality and the EEG: Arousal and emotional reactivity. Personality and Individual Differences, 13(9), 1097–1113.